Benzine voor nog geen € 1,50 de liter. Die goede oude tijd is nog maar anderhalf jaar geleden. Nu greep de regering in met een accijnsverlaging op benzine en diesel en een BTW-verlaging op gas en elektra om de prijs van energie nog een beetje in de hand te houden.

Één euro de liter meer

In coronatijd kon je makkelijk benzine voor onder de € 1,50 per liter kopen. Nu is bijna € 2,50 p/l aan de snelweg normaal. Een prijsverhoging van om en nabij de 75 procent! Daar komt nog bovenop dat de vertrouwde super 98 benzine die veel oldtimers moeten tanken nog weer een kwartje duurder is. De Staat der Nederlanden verdient het meeste aan deze stijging van de benzineprijs. Van elke verkochte liter benzine gaat 83,2 cent naar de schatkist als accijns. Dat is een vast bedrag ongeacht de hoogte van de kale benzineprijs plus winstmarge van de oliemaatschappij en de pomphouder. Van die accijns is per 1 april jl. 17 cent afgehaald. Met de BTW daarover betekende dat begin april 20 cent minder voor een liter gewone E95 aan de pomp. Anders dan destijds het kwartje van Kok, zijn de twee dubbeltjes van Kaag tijdelijk. Dat voordeeltje is overigens door de prijsstijging van de laatste drie maanden al weer helemaal verdampt.
Over de kale benzineprijs heft de overhead accijns en 21 procent BTW. Dit betekent dat de staat zo’n 55 tot 60% aan belastingen vangt van elke getankte liter benzine. Bij een prijs van € 2,50 de liter is dat rond de € 1,40. Daarbij komt dat Nederland één van de hoogste, zo niet de allerhoogste benzineprijs, van Europa kent. Dezelfde sommetjes zijn te maken voor diesel en LPG.

Prijsverlaging energie per 1 juli 2022

Als u dit leest is per 1 juli de BTW op gas en elektra naar het lage 9 procent BTW-tarief gegaan. De inmiddels 293.000 stekkervoertuigen betalen dus 12 procent  minder voor het opladen. De accijnsverlaging is net als de BTW-verlaging tijdelijk en reken er maar op dat als de energieprijzen weer stabiel worden de accijns weer omhoog en de BTW op energie weer terug gaat naar 21 procent. Wat is een goede, aanvaardbare benzineprijs? Volgens de ANWB is dat € 1,71 per liter voor E10 benzine.

Kosten oldtimer op jaarbasis

De stijging van de benzineprijs heeft natuurlijk ook invloed op de portemonnee van de gemiddelde oldtimerbezitter. Even uitgaande van een paar gemiddelden en van CBS-cijfers over het aantal km’s dat jaarlijks in oldtimers wordt gereden. Een oldtimer rijdt 1 op 10 (een aanname dus), en elke gereden km kost dan aan benzine 15 cent bij een prijs van € 1,50 p/l. Bij € 2,50 p/l kost dan elke km aan benzine 25 cent.
De gemiddelde oldtimer van 40 jaar en ouder rijdt 1.700 km jaar, de gemiddelde jongere oldtimer tussen 25 en 40 jaar oud zet jaarlijks 4.300 km’s extra op de teller. Beide cijfers zijn van het CBS. Bij een prijsstijging van een euro de liter betaalt de eigenaar van een 40+ oldtimer jaarlijks € 170 meer aan benzine. De bezitter van een jongere oldtimer – die ook nog jaarlijks het kwarttarief aan MRB plus winterstop voor de kiezen krijgt – betaalt voor zijn of haar 4.300 jaarlijkse km’s € 430 meer. Niet gek dus dat er in de aantallen oldtimers een verschuiving te zien is naar meer 40+ oldtimers en minder 30- tot 40-jarige exemplaren. Het aantal oldtimers steeg de afgelopen jaren nog steeds licht en de oldtimer liefhebberij is dus zeker nog niet op z’n retour. Goed nieuws voor clubs, taxateurs, verzekeraars en oldtimerbladen die hun doelgroep nog steeds zien groeien. Weg van de snelweg is brandstof goedkoper.

Ethanolvrij: onthoud BETOS

E5 premium benzine, in de volksmond superbenzine, bevat maximaal 5 procent ethanol. Er bestaat geen E0 aanduiding voor 0 procent ethanol in benzine. Naast een enkele regionale aanbieder hebben vijf grote merken een ethanolvrije 98 premium benzine.
Onthoud BETOS als ezelsbruggetje: BP, Esso, TanQyou, OK en Shell. In de 98 superbenzine van de andere T’s: Texaco, Total en Tinq/Gulf zit wél ethanol.