Tekst Rob Hoen
In de afgelopen jaren is er al heel wat veranderd rond de vrijstelling van motorrijtuigenbelasting (MRB) voor oldtimers. Inmiddels komen er nieuwe regels. Wie een klassieker bezit, merkt dat de spelregels steeds opnieuw worden aangescherpt. Om te begrijpen waar je aan toe bent, is het goed te weten hoe de situatie nu is en wat de laatste wijziging is. Het gaat hier dus niet om de Citroën DS, maar bijvoorbeeld de Citroën XM, die vanaf 1989 geproduceerd is.
Vroegere regelingen vrijstelling MRB
Op dit moment (2025) geldt dat een auto pas volledig is vrijgesteld van MRB wanneer de datum eerste toelating (DET) minimaal veertig jaar achter ons ligt. Die DET is de officiële geboortedatum van het voertuig: de dag waarop het ergens ter wereld voor het eerst de weg op mocht. Het gaat dus niet om de datum waarop de auto in Nederland is ingevoerd, maar echt om de allereerste registratie.
Voor auto’s die vóór 1 januari 1988 voor het eerst op de weg kwamen, betekent dit dat ze automatisch in aanmerking komen voor vrijstelling zodra ze de leeftijd van veertig jaar bereiken. Wie een benzineauto heeft die wel vóór 1 januari 1988 is toegelaten maar die veertig jaar nog niet heeft aangetikt, kan gebruikmaken van een overgangsregeling. Die regeling biedt een fors lagere belasting, mits de auto in de wintermaanden december, januari en februari niet op de openbare weg wordt gebruikt. Voor diesel- en lpg-oldtimers geldt die coulance niet: zij betalen tot hun veertigste verjaardag het volle tarief. Zodra een voertuig daadwerkelijk veertig jaar oud is, vervalt de belastingplicht helemaal, behalve voor voertuigen die bedrijfsmatig als vrachtauto of bus worden ingezet.
Belangrijk om te weten is dat deze regels pas sinds 2014 gelden. Tot die tijd kwam een auto al vanaf 25 jaar in aanmerking voor volledige vrijstelling. De overgangsregeling voor benzineauto’s van 26 tot 40 jaar is destijds in het leven geroepen om de sprong van 25 naar 40 jaar wat te verzachten.
Aanpassingen vrijstelling MRB
Ondertussen heeft de overheid opnieuw kritisch naar deze vrijstellingen gekeken. Er wordt gesproken over een verdere versobering, niet alleen vanuit milieuoverwegingen, maar ook omdat modernere auto’s technisch langer meegaan en de schatkist een groeiend gat ziet. Daarom heeft de overheid besloten dat voertuigen met een eerste toelating ná 1 januari 1988 vanaf 1 januari 2028 geen gebruik meer kunnen maken van de vrijstelling motorrijtuigenbelasting. Zij blijven altijd MRB betalen.
Dit betekent dat als je een auto van 1988 of een later bouwjaar rijdt, hij volgens de wet nooit een oldtimer kan worden. Je zal dus altijd wegenbelasting moeten betalen. Dat betekent bijvoorbeeld dat een Citroën XM uit 1989 of Volvo 240 uit 1988 nooit vrijstelling van MRB kan krijgen.
Nog niet definitief
De wijziging van de MRB-vrijstelling voor oldtimers is nog niet definitief. Het voorstel om de vrijstelling vanaf 1 januari 2028 te beperken tot voertuigen die vóór 1988 zijn gebouwd, is onderdeel van het Belastingplan 2026. Dit plan moet nog goedgekeurd worden door zowel de Tweede als Eerste Kamer voordat het in werking kan treden. De verwachting is dat de Tweede Kamer in november en december 2025 over het Belastingplan 2026 zal stemmen.
