De Citroën DS wordt op de Parijse autosalon in oktober 1955 aan het grote publiek gepresenteerd. De verschijning van deze auto slaat in als een bom. Futuristische vormgeving, toepassing van kunststof in dak en dashboard, fenomenaal comfort dankzij de nieuwe hydropneumatische vering, variabele bodemvrijheid, grote binnenruimte, panoramische voorruit, halfautomatische transmissie, voor het eerst in de autogeschiedenis in serie toegepaste schijfremmen met een ongekend remvermogen, stuurbekrachtiging en natuurlijk voorwielaandrijving. In die tijd nog nooit in één enkel ontwerp gezamenlijk toegepast.
De toenmalige media spraken van “La Bombe Citroën”. Citroën zet daarmee een trend waarmee het merk beroemd zal worden en blijven. Fraaie vormgeving, gecombineerd met uitzonderlijk comfort en aparte techniek, die in de periode dat de DS gebouwd wordt, verder verfijnd en verbeterd zal worden. In 2014 vernoemt Citroën een merk naar de DS, als eerbetoon naar de avant-garde en hoogwaardig materiaalgebruik.
Het doek valt in 1975. Er zijn dan 1.330.775 exemplaren van deze grote Citroën in allerlei uitvoeringsvarianten gebouwd. Als DS -met de DS Pallas als summum van comfort-, ID, Break (bestelwagenuitvoering), Ambulance en de Cabriolet. Met het afsluiten van de productie begint het tweede leven van deze unieke auto, die als industrieel ontwerp nog niets van zijn waarde heeft verloren. De Citroën DS kent dan ook wereldwijd een grote schare liefhebbers.
