Naast een handjevol nieuw in Nederland geleverde DS’en, bestaat ons gezamenlijke wagenpark voor het grootste deel uit importauto’s. Die zijn afkomstig uit het land van productie, Frankrijk. Als we door diverse jaargangen La Bombe Citroën bladeren, is het haalverhaal van een DS of zelfs van een hele vloot DS’en telkens een terugkerend thema. Het vaderlandse DS-wagenpark werd groter omdat er meer invoer was dan sloop. Het afgelopen jaar blijkt dat het aantal DS’en afneemt, net zoals jaren ervoor. En niet omdat we meer auto’s afdanken. Die tijd is volledig voorbij. Steeds meer Hollandse Snoeken verdwijnen naar het buitenland. In de top tien van meest geïmporteerde oldtimers in 2021 komt de Citroën ID en DS niet eens meer voor. In de top tien van meest uitgevoerde klassieke auto’s wel. Op die lijst schopt de DS het tot nummer zes met maar liefst 77 exemplaren (bron: autoweek.nl). Gelukkig laat die handel wel zien dat er vraag is naar mooie klassiekers die zeer waarschijnlijk in handen komen van liefhebbers, waar ook ter wereld.

In het maartnummer een epische reis om alvast van te proeven aan de zomer. Daarnaast een fotografische blik op corona van coverfotograaf Koen van der Lee; een tijdperk om hopelijk achter ons te laten. Met drie Ooyse godinnen en een vooruitblik op het nieuwe seizoen sluiten we het maartnummer af.

Gerald Willemsen

Het is geen openbaar museum, maar eigenaar Hans Blokzijl krijgt honderd, zo niet duizend keer de vraag van belangstellenden wanneer ze zijn verzameling klassieke Volvo’s eens mogen komen bewonderen. “Ik was het zat om nee te zeggen.” Daarom gaat speciaal voor de leden van de Citroën ID/DS Club Nederland gaat de deur van het slot. Het is dan ook een voorrecht om gast te zijn.

Tussen onze eerste reis door de Alpen en de derde epische reis naar Italië, zijn we met de cabriolet ook nog naar de Côte d’Azur geweest. Episch… die wat groteske term kwam ooit onze voordeur binnenwaaien door onze tienerkinderen en bleef plakken in ons gezinsvocabulaire. Toen deze millennial-generatie zelfs een anderhalve literfles merk-cola als ‘episch’ betitelde, voelde ik me vrij om onze ontdekkingsreizen met de DS ook als zodanig te omschrijven. Maar dit terzijde, voor de taalfetisjisten onder ons. Op die eerste epische reis vertoonde de auto, een handgeschakelde DS21 uit 1971 (een zogenaamde Oort-cabrio) tot onze stomme verbazing maar weinig gebreken.

Het buurtschap Ooy bij Zevenaar is niet alleen bijzonder vanwege de ligging, de natuur en de mensen die er wonen, maar ook omdat er in een straal van 500 meter drie DS’en staan. Omdat wij dit zo bijzonder vinden, dachten we de lezers van La Bombe Citroën een plezier te doen een met een kort verslag van onze activiteit, onze auto’s en passie en plannen in wording.

Op motorvakantie in Kenia zocht ik naar een linkje met Citroën DS en het land Kenia. Als voormalig Britse kolonie, zou dat best eens lastig worden had ik ingeschat. Maar ik heb het toch geprobeerd. Ik zag tenslotte onderweg best veel oude Peugeots die nog steeds hun zware werk doen. Maar geen enkele Citroën heb ik tijdens mijn motorreis van 3.200 km gezien.

En verder alle vaste ingrediënten zoals HollanDSe Taferelen, het regionieuws, de annonces, het miniaturennieuws, de column van Rolph, et cetera. Kortom, teveel om op te noemen.